Apotheek Zeeburg

Bij Apotheek Zeeburg bieden wij u graag persoonlijke aandacht om u optimaal te ondersteunen bij het gebruik van geneesmiddelen. Stel uw vraag aan een van onze assistentes of maak een afspraak met de apotheker. Op onze website kunt u eenvoudig 24 uur per dag een herhaalrecept aanvragen. Daarnaast vindt u een uitgebreid aanbod aan informatie over geneesmiddelen, gezondheid en zelfzorg.

Oostelijke Handelskade 1025-1027
1019 BW Amsterdam

Tel: 020-4197393

Fax: per 1 mei 2023 maken wij geen gebruik meer van de fax

E-mail: assistentapotheekzeeburg@ezorg.nl

E-mail voor vragen aan de apotheker: info@apotheekzeeburg.nl

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

BCG-vaccin

Het BCG-vaccin beschermt tegen tuberculose. Het bevat verzwakte bacteriën die uw afweer helpen om tuberculose te herkennen en te bestrijden.

Het wordt gegeven als vaccinatie aan reizigers naar landen waar tuberculose vaker voorkomt. 

Wat doet BCG-vaccin en waarbij gebruik ik het?

Tuberculose

Tuberculoseis een infectieziekte die wordt veroorzaakt door de tuberkelbacterie (Mycobacterium tuberculosis). Deze bacterie lijkt op de BCG-bacterie. U kunt tegen tuberculose worden gevaccineerd met een injectie met de BCG-bacterie.

Verschijnselen
De tuberkelbacterie veroorzaakt na ten minste 6 weken een ontsteking in de longen. Maar soms gebeurt dat pas na jaren. U kunt dus lange tijd geen klachten hebben als u bent besmet. 
Als er een ontsteking is, krijgt u klachten als moe zijn, hoesten, verlies van gewicht en geen zin om te eten.

Soms merkt u weinig van de infectie. De bacterie kan dan wel ‘slapend’ in uw lichaam blijven. Jaren later kan de bacterie weer actief worden, bijvoorbeeld als uw weerstand minder is door ouderdom of ziekte. Dan kunt u opnieuw een longontsteking krijgen. De ontsteking kan zich ook uitbreiden naar andere delen van uw lichaam, zoals de lymfeklieren, botten of hersenvliezen.

Oorzaak
De tuberkelbacterie zit in kleine druppeltjes in de lucht. Die komen vrij als iemand hoest, niest of praat. Als u deze druppeltjes inademt, kunt u besmet raken.

Een infectie voorkomen
U kunt besmetting voorkomen door:

  • te zorgen dat niemand in uw gezicht hoest;
  • drukke, slecht geventileerde ruimtes te vermijden.

Tuberculose is besmettelijk en kan ernstig zijn. Daarom wordt soms een vaccinatie met de BCG-prik aangeraden.

Let op: het vaccin mag niet worden gegeven als u al besmet bent met de tuberkelbacterie. De arts kan dit controleren met een tuberculinehuidtest.

Werking
Het BCG-vaccin bevat verzwakte bacteriën van de stam ‘Bacillus Calmette-Guérin (BCG). Deze bacterie lijkt op de tuberkelbacterie, de veroorzaker van tuberculose.
Na de injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen de BCG-bacterie en daardoor ook tegen de tuberkelbacterie. Als het dan in aanraking komt met de tuberkelbacterie kan het deze beter bestrijden.

Effect
De prik beschermt niet helemaal tegen tuberculose. Maar de kans op een infectie wordt wel veel kleiner. Het beschermt ongeveer 80% van de mensen tegen een tuberculose infectie. De bescherming is maximaal na ongeveer 6 weken.

U kunt dus toch besmet raken, ook als u gevaccineerd bent. Heeft u hoestklachten en bent u de afgelopen 2 jaar in een land geweest waar tuberculose voorkomt? Neem dan contact op met uw arts.

Het is onbekend hoe lang de werking van het vaccin duurt. Wel is bekend dat opnieuw vaccineren geen extra bescherming geeft.

Lees meer over tuberculose . “

Vaccinaties

De vaccinatie wordt gegeven aan reizigers naar landen waar tuberculose vaker voorkomt. En daar bijvoorbeeld veel contact hebben met de lokale bevolking of voor een bepaalde periode verblijven. 

Soms wordt het ook gegeven aan kinderen jonger dan 5 jaar als ze vaak naar deze landen reizen of als een van de ouders afkomstig is uit een land waar tuberculose vaak voorkomt.

Apotheken, maar ook reisorganisaties, GGD’en, huisartsen en het Landelijk Centrum Reizigersinformatie (www.lcr.nl) kunnen u informeren over de landen waar tuberculose vooral optreedt.

Lees meer over vaccinaties . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven. Deze ontstaan vooral doordat uw afweersysteem denkt dat er sprake is van een echte infectie. De bijwerkingen zijn dus een signaal dat het vaccin aanslaat.

De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende.

Regelmatig (bij meer dan 30 op de 100 mensen)

  • Een paar dagen na de inenting kan op de plaats van injectie een rode, verharde plek ontstaan. Hier kan wat vocht uitkomen. De plek wordt na verloop van tijd minder en verandert in een litteken.

    Soms kan de plek gaan zweren. Neem dan contact op met uw arts. Plak geen pleister op de injectieplaats.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Hoofdpijn en koorts.

  • Gezwollen lymfeklieren in de hals of oksels.

    Zeer zelden kan de klier hierdoor ontsteken. Hij wordt dan zeer pijnlijk. Neem dan contact op met uw arts.

  • Stuipen, soms met koorts. Neem direct contact op met een arts.

  • Huiduitslag

    Neem dan contact op met uw arts.

  • Klachten van een infectie, zoals koorts, spierpijn, benauwd zijn, botpijn, gewichtsverlies en moe zijn. Waarschuw dan uw arts. 

    Let op! Heeft u een een ernstige infectie van een virus of bacterie of huidziekte heeft waarbij veel plekken op uw huid ontstoken zijn ? Dan mag u dit medicijn niet krijgen. Waarschuw uw arts

  • Overgevoeligheid. U merkt dat aan huiduitslag, galbulten of jeuk.

    In zeldzame gevallen ontstaat er koorts, benauwdheid,opgezwollen lippen, tong of gezicht, flauwvallen of een ernstige huidafwijking. Waarschuw dan meteen uw arts. In beide gevallen mag u dit medicijn in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor dit vaccin. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit vaccin niet opnieuw krijgt.

  • Flauwvallen

    Meestal gebeurt dit vlak voor, tijdens of na de vaccinatie. Dit komt meestal doordat het zenuwstelsel gevoelig reageert op prikkels van buitenaf. Meld het in elk geval bij een volgende vaccinatie. Dan kunt u de volgende vaccinatie zittend of liggend krijgen.

  • Let op! Heeft u een orgaantransplantatie gehad? Zoals een harttransplantatie, levertransplantatie, longtransplantatie of niertransplantatie? Dan mag u dit vaccin niet krijgen. Hierdoor wordt de kans groter dat u een infectie krijgt door het vaccin. Ook kan het vaccin minder werkzaam zijn. Waarschuw uw arts.

  • Let op! Heeft u een positieve tuberculose test? Dan mag u dit medicijn niet krijgen. Dit kan de klachten bij tuberculose erger maken. Waarschuw uw arts. 

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik BCG-vaccin gebruiken met andere medicijnen?

Dit vaccin heeft wisselwerkingen met andere medicijnen.

In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Bijnierschorshormonen om in te nemen, zoals prednison en dexamethason. Dit geldt niet voor bijnierschorshormonen die een eigen tekort moeten aanvullen, zoals gebruikt bij de ziekte van Addison of Cushing.
  • Afweeronderdrukkende medicijnen gebruikt bij onder andere reumatoïde artritis en na een orgaantransplantaties, zoals azathioprine, ciclosporine en tacrolimus.
  • Medicijnen tegen kanker die de afweer onderdrukken of beïnvloeden zoals dasatinib, imatinib en methotrexaat. 

Als u een van deze medicijnen gebruikt kan dit vaccin ernstige infectie veroorzaken. 

 

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden, alcohol drinken en alles eten?
Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit vaccin tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker als u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Samen kunt u bespreken wat het risico voor de baby is als u dit vaccin krijgt. Of wat het risico voor u of uw baby is als u het niet krijgt. 

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven? Overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk komt en of het slecht voor de baby is. 

Heeft uw kind een verminderde weerstand en geeft u borstvoeding? Dan mag u dit vaccin NIET krijgen. 

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?

De arts of verpleegkundige spuit de injectievloeistof langzaam in de huid van de bovenarm.

Wanneer?

  • Houd er rekening mee dat het vaccin u pas na ongeveer 6 weken voldoende beschermt.
  • Laat u dus ten minste 6 weken voor vertrek naar een risicoland inenten.

Heeft u hoge koorts op het moment van injectie, bijvoorbeeld door een infectie? Stel de vaccinatie dan indien mogelijk uit tot u weer beter bent. De koorts kan namelijk erger worden.